IK BEN EEN PIEKERAAR.
JEP, PIEKEREN IS EEN VAN DE DINGEN IN MIJN LEVEN DIE IK HET BEST KAN.
IK BEN SOMS OOK ANGSTIG.
IK BEN OOK EEN BEETJE EMOTIONEEL LABIEL.
OH JA, EN AF EN TOE MENTAAL ONSTABIEL.
Voilà. Verder ben ik relatief normaal.
Ik weet niet of jullie ooit piekeren? En als jullie dat doen, wat jullie dan voelen. Maar wanneer ik pieker, is het precies of er een klein egeltje aan mijn hart aan het knagen is en een ander zit in mijn hart en lijkt daar wat rond te lopen. Zo tegen de kanten van mijn hart op. Boenk tegen de ene kant. Boenk tegen de andere kant. Ik heb ze Bob en Lieve genoemd. Ik denk dat den Bob de boenker is, en Lieve de knager.
En heel soms, als het echt erg is met dat piekeren, dan lijkt alsof Bob en Lieve rond mijn hart staan en handen geven rond mijn hart, zoals van die ‘tree huggers’ ook doen. Alleen voelt dat helemaal niet goed. Integendeel, dat voelt heel erg beklemmend. Want Bob en Lieve zijn natuurlijk zo klein dat ze mijn hart toeknijpen. Bob en Lieve kennen hun kracht niet, zoveel is zeker.
Over wat pieker je dan allemaal?, vraag jij je misschien af.
Ik pieker over grote dingen.
‘Waarom krijgen die vrouwtjes in Myanmar zo weinig betaald voor de kleren die wij dragen? Hoe oneerlijk is dat? Ik mag echt geen kleren meer kopen die in zo’n winkels gemaakt worden. Had ik dat ene bloesje maar nooit gekocht.’
Over minder grote dingen.
‘Heb ik nu wel het juiste gestudeerd? Want sociologie goed en wel, maar daarmee kunt ge de wereld niet echt veranderen hé. … Wat als ik geen sociologe was geworden? Dan was ik nu misschien wel veel gelukkiger, misschien dacht ik dan niet zo veel na.’ Of ‘Shit, ik ben 26. Al 26. Zo oud. Nu ga ik nooit meer de jongste vrouw ooit zijn die een roman heeft geschreven. WAT NU?’
Ik pieker OOK over kleine dingen (da’s echt erg).
‘Dat voorgerecht gisteren was echt wel duur. 28 euro voor een voorgerecht. WAT? Ben ik gek geworden? Als we zo voorgerechten gaan blijven bestellen, gaan we onze rekeningen echt nooit meer kunnen betalen. En dan verliezen we ons huis. Echt wel minder dure voorgerechten bestellen in het vervolg, shit jong 28 euro…’
Op die gedachten volgen dan altijd een reeks aan andere gedachten als ‘Djezus, ik ga altijd zoveel nadenken hé, dat gaat nooit stoppen.’ En dan ‘Echt waar, er zijn mensen in Myanmar met echte problemen, terwijl ik hier zit na te denken over mezelf.’ En dan: ‘Egoïst’. En dan ‘stop nu met denken’. Enfin, het eindigt altijd met ik die denk dat ik moet stoppen met denken. Dat helpt meestal niet.
Het kan mij elk moment van de dag overkomen: dat piekeren.
Maar meestal is het ‘s avonds, zo tussen 12 en 3 uur ’s nachts, dan zijn ze op hun best. Ergens rationeel weet ik dat die gedachten niet zo erg zijn en dat het maar gedachten zijn. Maar tegelijkertijd voel ik mij echt diep vanbinnen fysiek niet goed (omdat Lieve daar zit te knagen). En daarom kan ik die gedachten niet vergeten, want mijn lichaam doet mij er heel de tijd aan denken. Sterker nog, het lijkt alsof mijn lichaam heel luid roept: ER IS IETS MIS! JE BENT JE LEVEN AAN HET WEGSMIJTEN. WAT ZIJT GIJ NU IN GODSNAAM AAN HET DOEN?’
Denk jij ook soms te veel? Hier zijn enkele dingen die helpen (soms).
- Gaan wandelen, joggen, fietsen (maar rotsklimmen of BBB’en helpt waarschijnlijk ook). Bewegen helpt. Plots worden die gedachten overzichtelijk. En niet zo erg. Dan kan ik die beter plaatsen en ben ik niet in totale paniek, en dan worden mijn egeltjes rustig en voel ik me weer vrij. Dit doe ik als ik de gedachten overdag komen en ik niet op mijn werk ben. Of niet bij andere mensen. Enfin, als ik vrij ben. Dat is maar af en toe dus.
- Diep in en uit ademen. En denken aan mijn tenen, en aan mijn benen en aan mijn lenden, en aan mijn schouders en aan hoe mijn schouders mijn nek dragen en mijn nek mijn hoofd. Dat is eigenlijk wel speciaal hé? Dat uw nek uw hoofd draagt. Dat helpt. Mijn papa heeft me dat geleerd.
- Pipi gaan doen. Dan zit ik op het toilet, en kijk ik rond mij en denk ik ‘ik heb het eigenlijk nog zo slecht niet hé’. Dat is de truc die ik ’s nachts het meest gebruik. Hij werkt soms.
- Een pagina in het boek YES PLEASE van Amy Poehler lezen, eender welke pagina.
- Amy Poehler’s raad opvolgen:‘breathe in the panic, breathe out the love’ (en bij de love aan iets moois denken, zoals een warme croque monsieur of Pocahontas). Ge moet dat eens doen, dat helpt echt. Ik heb de lijn lichtjes aangepast. Bij haar was het ‘breathe in the hate, breathe out the love’. Maar zie je, ik heb niet zoveel haat, meer stress en paniek en angsten vandaar. Ik denk dat dit wel mag van haar.
- Je egeltjes een naam geven. Dat helpt. Een beetje.
Vandaag gaat het beter. Bob en Lieve zijn er natuurlijk nog altijd. Ik heb ondertussen geaccepteerd dat Bob en Lieve er nog wel efkes gaan zijn. Maar meestal zijn ze rustig. Dat is goed.
Wat een deugd om te lezen dat ik niet alleen ben met die gevoelens! En als je het zo beschrijft is het misschien ook helemaal niet zo erg als ik altijd denk…
Bedankt! 🙂
🙂 <3