We hebben het al gezegd. Wenen, het is iets waar we allebei erg bedreven in zijn. Om dit iets meer te duiden. Hier een (niet-exhautieve) lijst van plekken waar we al geweend hebben:
- Elke mogelijke plek in onze eigen huizen: in bed, onder de douche, aan tafel, in de zetel, achter het fornuis, in de gang, op het toilet, in de kelder.
- Op het toilet op ons werk.
- Aan ons bureau op het werk. Ofwel omwille van echte redenen, ofwel omwille van triestige filmpjes.
- Zita, in het bureau van haar baas.
- In de supermarkt: Zita aan de kassa, Sara bij het brood, Sara bij de pasta, Sara bij de koekjes, Sara bij de chips.
- Op de trein, samen, toen we een boete kregen. We hadden onze Go-pass niet ingevuld, omdat we zo hard ruzie aan het maken waren (Sara was toen 22, Zita 18). En toen de conducteur zei dat we een boete kregen, begonnen we echt allebei heel hard te bleiten én overstaanbare dingen over ruzie en Go-pass te brabbelen (we hebben die boete niet moeten betalen).
- Op het perron (wanneer we onze trein missen, wij doen daar nogal dramatisch over).
- Zita op de stoep voor haar huis (toen ze kak uit een container die voor het huis stond aan het scheppen was, andere keer meer over dit verhaal).
- In 1993, in de auto, op de achterbank, met ons drieën (wij samen met ons ander zusje, ja, wij hebben nog een zus) toen op de radio het nieuws kwam dat Koning Boudewijn gestorven was. En onze papa zei: ‘de koning is gestorven’. En daar moesten wij toen (onverklaarbaar) alledrie heel erg hard van wenen.
- Tezamen op Eric Clapton’s Tears in Heaven, wanneer we 8 en 4 waren, en onze papa vroeg ‘weet je voor wie deze meneer dit liedje heeft geschreven?’ En hij ons het verhaal vertelde. (voor een kindje dus, dat uit het raam gevallen was en dood was. Ga maar allemaal een potje huilen nu.)
- Op alle begrafenissen, van mensen die we kennen, familie van mensen die we kennen, of gewoon van mensen die we niet zo goed kennen (tranen met tuiten, en ons dan doodschamen als de familie van de overledene beheerst die mis doorkomt)
- Tijdens films: de vraag is eerder bij welke film hebben we niet geweend.
- Sara, wanneer ze nog maar eens valt met de fiets. Wat tegenwoordig iets TE VAAK gebeurt. Zita als ze op de fiets zit. Voor eender welke reden.
Maar dus dat zijn wij. WIJ ZIJN BLEITERS. Dat weten jullie al. Wij vroegen ons af, waar wenen andere mensen van? Wenen die ook zo snel? Zo publiek? Wie anders dan onze geliefde groep vrouwen om deze vraag aan voor te leggen. Hier komen ze:
- Triestige scènes in films, ontroerende scènes in films, schone scènes in films. Kortom films drukken op mijn weenknopjes.
- Triestige scènes in boeken, ontroerende scènes in boeken, schone scènes in boeken. Boeken drukken ook op mijn weenknopjes. 🙂
- Als mijn zusjes/mama/papa/man/een van mijn leerlingen weent of ongelukkig is.
- Als ik heel hard moet lachen.
- In situaties waarin ik het gevoel heb dat ik onheus behandeld word en geen vat heb op de afloop. Zo heb ik ooit eens heel hard geweend op een boot richting Athene. De ‘conductrice’ van de boot kwam ons kaartje controleren en zij werd plots heel erg boos, omdat we een kaartje richting Ios hadden terwijl we op een boot richting Athene zaten. We waren wéér zo’n toeristen die dachten er goedkoop vanaf dachten te komen. En die conductrice bleef maar roepen. En zeggen dat we moesten betalen voor het ticket naar Athene én voor een boete. Maar wij wilden helemaal niet naar Athene. We KWAMEN nét van Athene! We wilden niet dat duur ticket! We hadden een ander ticketje, omdat we ERGENS ANDERS wilden zijn. Dus terwijl die vrouw daar stond te roepen, begon ik te wenen, uit frustratie én omdat ik op een dure boot zat naar een bestemming waar ik helemaal niet wilde zijn. Snap je?
– Erlin, 27, leerkracht en freaky regelaarster, ook een van de allerliefste vrouwen ter wereld. Ze heeft weenknopjes.
Alles is goed voor een flinke portie tranen. Er heeft ooit iemand mij gevraagd hoe ik uit het “niets” tranen kan plengen. Ik ben daar goed in. Er is dan ook niets dat zo kan opluchten dan een flinke snotterpartij. Bij deze een greep uit mijn collectie:
- Ontroering. Dat is een topper, of het nu een blij moment, een leuk weerzien of een aangrijpend iets is, zoals laatst die reportage over een palliatieve afdeling. Ik snotter een volledige doos Kleenex vol. Serieus.
- Verdriet. En daar krijgen we vroeg of laat allemaal onze portie van. Verdriet is goed voor sloten tranen die je eindeloos en op de meest onverwachte momenten blijven overvallen. Op deze tranen staat geen vervaldatum. Ik kan nog altijd huilen om mijn overleden zusje. Geen erg dat je tranen plengt om datgene wat je zeer dierbaar was.
- Er zijn ook heerlijke lachtranen en van deze laatste kunnen er niet genoeg vloeien.
- De tranen die ik het hinderlijkste vind, zijn degene die mij ongevraagd overvallen. Dit kan gebeuren bij wildvreemden, zoals op de begrafenis van een onbekende die je bijwoont uit respect. De eerste orgeltonen worden aangeslagen, de mensen rijzen op van hun stoel en deze dame is vertrokken. Of een klant vertelt mij discreet, maar bewogen over een heftige emotionele gebeurtenis en toont zich daarbij aangedaan en voor ik het goed en wel besef heb ik haar geëmotioneerd aan mijn borst gesnoerd… Ja ik doet dat.
– Veerle, 51, kattenliefhebster en iemand die zonder verpinken de uitdrukking ‘tranen plengen’ gebruikt.
Je hebt verschillende soorten van wenen. Ik huil het snelst door ontroering, en ik ben snel ontroerd. Ik huil dus niet weinig. Ik huil bij iedere nieuwjaarsbrief van mijn zonen, alsook ieder versje, aanzet tot dansen of optreden (al is dat beperkt tot 3 minuten in totale angst verstijfd op een podium staan). Ik heb ook een zwak voor oudjes, iedereen boven de 85 kan mij ontroeren, en dus doen bleiten. Ik denk dat dit in mijn geval erfelijk is: ik herinner me nog levendig de scène in de cinema toen mijn mama al begon te bleiten bij de begingeneriek, dat nam tijdens de film steeds toe in geluid en eindigde met hevig en luid gesnotter. Mijn broer en ik gleden van schaamte van onze stoel.
Bleiten van ontroering vind ik een aangenaam bleiten, bleiten van colère of onrechtvaardigheid vind ik een ON-aangenaam bleiten. Dus ik probeer dat gebleit te voorkomen. Door bijvoorbeeld niet meer naar het nieuws te kijken.
Ik kan ook bleiten van het lachen, dat is het alleraangenaamst. Hoe meer, hoe liever. En mijn laatste bleiterij was dan ook uit deze categorie: toen ik na 6 uur filerijden uit frustratie het nieuwe kapsel van mijn lief in de mot kreeg en besefte dat het werkelijk een totale mislukking was. Ik heb er speciaal een West-Vlaams liedje over gemaakt: ‘joen hoar bleit up joen kop’. Want dat denk ik ook, dat dingen kunnen bleiten.
– Anne, 41, juwelenontwerpster en houdt van alles dat schoon is, én denkt dus dat dingen kunnen bleiten.
Ik moet van alles wenen. Ik snotter heel vaak. Meestal ween ik op de fiets. Of tijdens het joggen. Of op de trein. Meestal luister ik dramatische muziek en doe ik alsof ik in een triestige videoclip ben. Of tijdens een serie of film. Of als ik iemand aan het troosten ben. Of als ik terugdenk aan triestige momenten. Of als ik migraine heb. Of bij een trouwvideo van een vriendin. Ik zou graag weddingplanner zijn, gewoon om al mijn opgehouden tranen te kunnen laten vloeien. Dan is huilen echt leuk: dat je iets zo schoon vindt dat je er verdrietig van wordt.
– Hanne, 26, levensdoelzoeker by day, schattig vrouwtje by night, misschien wordt ze ooit nog wel weddingplanner.
Mijn huilfrequentie is echt spectaculair toegenomen na het krijgen van kinderen. Er is een soort van hormonaal vat emoties geopend waarvan ik daarvoor totaal geen weet had. Een bodemloos vat. Zelfs huilen van het lachen, iets wat mij vroeger nooit overkwam, gebeurt nu vlotjes. Er zijn natuurlijk wel verschillende soorten van huilen. Zo ben ik snel ‘geëmotioneerd’ omdat ik dingen schoon vind. De kinderen zingen een liedje, een random clipje op Youtube , een matige Vijf tv film, … BAM, geëmotioneerd. Huilen uit groot persoonlijk leed komt veel minder voor, vooral omdat ik bijzonder weinig miserie meemaak. De laatste keer dat ik echt voluit geweend heb, was toen ik (tegen alle advies in) op een nieuwssite een filmpje zag van mensen in de Bataclan tijdens de aanslagen. Dat begint dan met een vochtig oog en een bibberende lip, tot je jezelf toestaat om de dam te openen. Ik vind het niet erg als mensen mij zien huilen, het is een oprechte emotie. Behalve als ’t met snottebellen is.
– Judith, 36, leerkracht, maakt perfecte muffins en overtroeft elke man verbaal, behalve als ze met snottebellen aan het huilen is.
Ok, here I go.
Onlangs weende ik toen mijn lief terug kwam van de videotheek. Wij zijn van die zeldzame gevallen die af en toe een DVD huren. We hebben geen TV, maar af en toe huren we dus een DVD (en dan eten we kilo’s Ben&Jerry’s ijs, maar dat is uiteraard compleet naast de kwestie). Het gaat goed met ons, lief dat u het vraagt. Mijn lief bleef lang weg. We hadden vooraf een top 2 van films bepaald, dus het leek me onaannemelijk dat het keuzeproces daardoor werd vertraagd (het werd The Imitation Game, over het leven van Alan Turing, ook om te wenen). Toen ik vroeg wat hem ophield, vertelde hij over onze videotheekheld, Dolf. De man die echt alles over films weet, en hart en ziel in zijn videotheek steekt. Dolf is eigenlijk een nog zeldzamer geval dan wij, want hij baat een videotheek uit. Mijn lief zei dat Dolf van Antwerpen 1.500 euro imagotaks moet betalen, omdat zijn winkel ‘imagoverlagend’ is. Weet je hoeveel DVD’s Dolf moet verhuren aan zeldzame gevallen zoals wij om die taks terug te verdienen?? Toen begon ik dus te wenen. Mijn lief stelde voor om vanaf nu telkens 20 euro voor een DVD te betalen. Gewoon, omdat wij dat kunnen, en het fijn vinden om gezellig in de zetel een legale DVD te zien. Toen kwamen de tranen nog veelvuldiger. Dolf heeft beslist niet te betalen en nu moet hij voor het gerecht verschijnen. We hebben al crowdfunding overwogen, maar misschien willen jullie nu wel allemaal eens een DVD huren bij Dolf met een emmer Ben&Jerry’s ijs erbij? Echt gezellig, en het kost je maar 3 euro, ongeveer de prijs van een latte.
– Ellen, 32, onderzoekster, houdt van genieten en gelijk krijgen
Wanneer ween ik? Alleen als ik liefdesverdriet heb en mij eenzaam voel. Verder ben ik niet zo’n bleiter. Ik zal niet snel een traan wegpinken bij een film en al zeker niet bij een boek. Dus sorry emoshit, maar geen bleitgedoe voor mij(nvdr: yes! Eén niet-bleiter).
– Anneke, 30, bankbediende, altijd zorgzaam, nooit onvoorbereid, behalve misschien in haar dromen