Weet je nog dat ik opgebrand was? En dat ik moest werken aan mijn eigen? En dat ik ging laten weten hoe het dan verder ging? Wel, hiergaatie.
Week 1:
Plots ben ik niet meer met vakantie, maar ben ik met ziekteverlof. Dat maakt alles anders ook al ziet het er aan de buitenkant hetzelfde uit. De dagen nadat ik bij de dokter geweest ben, ben ik ongelofelijk wispelturig. Ik ben een half uur heel moe, dan een kwartier heel energiek en daadkrachtig, dan weer kan ik het een paar uur niet opbrengen om ook maar iets te doen. Ik weet niet of dat normaal is, soms denk ik: zou ik het even googelen? Maar iets in mij zegt dat dat geen goed idee is (ik heb mezelf al vaak overtuigd van het feit dat ik griezelige levensbedreigende ziektes heb).
Week 2:
Ik word alleen maar meer moe. Meer moe en dan nog meer moe en dan nog wat. De dagen zijn tegelijk kort en lang. Kort omdat alles lang duurt: ontbijten duurt lang, de was doen duurt lang, de keuken opruimen duurt lang. Lang omdat ik met afstand naar mezelf kijk, en dus nauwelijks iets doe. Ik krijg ook niks gedaan. Zodra ik mij voor iets moet haasten, begin ik te flippen.
Week 3, 4 en 5:
Ik herinner mij bijna niets van deze weken, behalve dat ik veel ga lopen en dat ik veel moe ben en dat ik niet zoveel mensen wil zien, omdat ik dan moet uitleggen wat er aan de hand is en ik weet zelf niet wat ik moet zeggen en ik schaam mij.
Oh ja, het huwelijk van Zita. Dat herinner ik me wel. Waar ik tegenop kijk, omdat ik zoveel mensen zal zien die me zullen vragen hoe het met mij gaat en ik wil niet antwoorden op die vraag. Maar goed, die dag ging niet over mij, zo bleek dan (haha, hoe hard ik in mijn eigen zelf zat) en ik hield het wel uit. Ik praatte zelfs voor alle mensen die er waren. Omdat het niet over mij ging, lukte dat ook. En het was schoon, maar ik was op tegen middernacht. Ik had mezelf toch iets anders voorgesteld bij het huwelijk van mijn zusje.
Week 6:
Op een ochtend word ik wakker met het gevoel dat ik iets moet doen, iets moet zijn. Dat een dag wel erg veel tijd is en dat ik me misschien wel eens zou kunnen vervelen. Whaa. Een doorbraak, denk ik enthousiast. Ik ben erdoor, het leven gaat opnieuw beginnen. Spoiler: dat is niet waar. De dag erna voel ik me weer even besluiteloos en moe als twee dagen geleden. Maar ik ontdek: de goesting om iets te zijn, komt wel terug.
Vanaf nu tel ik niet meer in weken, ik stop een beetje met tellen: het voelt alsof ik al eeuwen thuis ben en alsof beter worden nu mijn werk is. Ik denk niet meer dat ik effe rap rap beter ga worden en dat ik dan voor veel mensen zal kunnen blijven doen alsof ik gewoon een lange vakantie had. Ik accepteer dat ik moet WERKEN. AAN. MIJN. EIGEN. En dat dat werken ook inhoudt:
– verdrietig zijn als je verdrietig bent en toegeven: ik ben verdrietig
– aanvaarden dat je door DUUSD emoties per dag gaat en daar niet boos om zijn
– todo-lijstjes maken waar maar 2 of 3 dingen opstaan (anders geraak ik gefrustreerd wanneer ik niet al mijn todo-dingen kan doen, terwijl de hele point van zo’n lijstje te maken op dit moment is dat ik er voldoening uit moet halen)
– proberen mij even op iets te concentreren, blij zijn als dat lukt, maar ook niet boos zijn wanneer het niet lukt
– wandelen, wandelen, wandelen: voeten op de grond neerzetten, ademen, rondkijken
– zoeken naar goeie en mooie dingen en die vinden (ik heb mijn pasgeboren metekind en mijn pasmoedergeworden zus de afgelopen maanden meer kunnen zien en helpen dan ooit had gekund als ik aan het werk zou zijn, ik kan keiveel buiten zijn terwijl het licht is, ik heb meer ideeën dan in de maanden voor ik thuis was, ik heb een stevige poep nu door al dat wandelen, ik heb een hele opgeruimde diepvries, ENZO)
Verder werk ik ook met een coach aan mijn eigen. Een loopbaan/burnoutcoach. Dat klinkt heel zweverig en therapeuterig en het klinkt alsof het ruikt naar wierook (wat trouwens niet waar is, bij mijn therapeut ruikt het naar bedrijf en naar proper). En vroeger dacht ik dat zo’n dingen zeker goed waren voor andere mensen, maar niet voor mij. Wel, het helpt. En ik denk: waren maar wat meer mensen bezig met hun mentale gezondheid, de wereld zou er anders uitzien.
En ook, je moet daar niet flauw over doen: iemand die geld krijgt om naar je gedachtenbraaksel te luisteren, iemand die niet betrokken is bij je leven, iemand die daar af en toe een goeie vraag over stelt, dat is keislim dat we dat als samenleving uitgevonden hebben.
Dan komt er een bepaald punt in het werken aan mijzelf waarin ik plots mijn hele zelf in vraag begin te stellen. Dat ik mezelf als zo’n bouwwerf begin te beschouwen dat ik moet denken: renoveren, heeft dat nog wel zin? Zouden we niet beter gewoon de hele boel platsmijten en opnieuw beginnen? Want mijn fundamenten zijn gelijk niet meer zo stevig, dus misschien is het stom om op scheve fundamenten te blijven werken. Daar zitten we nu. En eerlijk: ik had mij nooit voorgesteld dat ik die fase zou bereiken. Maar voilà, zo is het.
Om er nog wat beeldspraak tegenaan te gooien. Het is alsof ik de berg beklommen heb en dat ik al die tijd heel hard gefocust was op boven geraken. Nu ben ik boven en zie ik dat er voor mij een nog veel grotere berg ligt. De fokker. En nu moet ik daar weer op. Maar nu ben ik niet meer zo moe en nu ben ik in betere conditie, dus op een goeie dag zie ik dat wel zitten, die grotere berg. Op een slechte dag denk ik: fok dat, vroeger zaten al die bergen in de mist en dat had ook wel iets.
Ga ik renoveren of de boel platsmijten en opnieuw beginnen?
Dat lees je hopelijk in een volgende update.
(tip: IK WEET HET ZELF OOK NOG NIET)
Succes met je bouwwerf, het lijkt me allemaal niet evident.
Merci. Ik timmer maar verder. Want niet timmeren, is geen optie.
heel raar om iets te lezen wat ik zelf ook wel voel en ook omdat ik mijn naam herken. veel <3!
Hou je goed. En ontdekken wat je voelt, is niet altijd tof maar wel interessant. Denk ik :-).
Merci en chapeau Sara. Om van bovenop een berg en van in het midden van een bouwwerf een verslagje te fixen waar ook anderen iets aan hebben. Alle goeds gewenst voor 2017 x
Merci, het voelt alsof je mij staat aan te moedigen langs de kant. En dat is tof.
Prefiero pensar que sí se puede tocar el sol…
https://youtu.be/VsD1isIkxz0 😉
FELIZ año nuevo!
Wel Bedankt Sara, ge hebt me doen blèten, maar bon, ik moest het even inslikken want mijn kinderen waren nog wakker (en ze hebben me vorig jaar toch wel al dramatisch veel zien blèten).
Ik heb me een uur of drie proberen bezig houden om toch te eindigen met uw tekst hier te herlezen. En de gevoelens worden niet minder. Ik vrees dat ik opzelfde punt van de berg staat, gij op de uwe, ik op de mijne, maar zeker hetzelfde niveau.. Naast renoveren of nieuwbouw vraag ik me af of ik toch niet ineens van straat moet verhuizen.
Dit jaar heb ik behoorlijk wat advies moeten aanhoren, dat zal u wel bekend in de oren klinken. Gaande van de eeuwig weer-kerende “ge moet misschien toch eens wat minder doen, want ja, ge zijt in zoveel geinteresseerd, t’kan toch niet anders dan dat ge burn-out hebt.” tot gouden dieetadvies over hoe ge beter alle proteïnen s’ochtends eet en s’avonds ronduid moet vermijden, …
Er is eigenlijk maar 1 blijven hangen en dat is “Minder perfect is beter”.
Tot nu toe heb ik enkel deze post op uw emoshit gelezen, dus ik ken u niet, maar als ge gedachten wilt laten stromen bij koffie of thee zonder daar geld voor moeten te betalen. Laat het maar horen ..
Daar ben ik dan zelf weer efkes niet goed van. Merci.
En volgens mij heb je het meest cruciale inzicht al bereikt: minder perfect IS beter. Voor iedereen, denk ik.
Ik wuif vanop mijn berg naar die van jou. En ik roep aanmoedigingen.